Literatuur
- Hulzen, A. van, Utrecht op oude foto's [deel 1]. Van Catharijne naar Wittevrouwen. Den Haag, 1977cop. [247 blz. ISBN 90.233.0369.5]. Hierin "Het Wijkse Veerhuis": blz. 59 (voetnoot 1: "Behalve het Leidse Veerhuis had Utrecht vroeger nog drie Veerhuizen: het Amsterdamse Veerhuis in de Bemuurde Weerd, het Vaartse Veerhuis aan de Westerkade en het Wijkse Veerhuis aan de Kromme Rijn; dit laatste Veerhuis was het onbelangrijkste van de vier Veerhuizen en het miste ook een gezellig terras, zoals de Leidse en Vaartse veerhuizen wel bezaten. Een Veerhuis was meestal behalve een goederenkantoor ook nog een logement, waar laat aankomende gasten konden overnachten. Het Wijkse Veerhuis heeft nog tot 1967 als een eenvoudig logement dienst gedaan, toen werd het een lompenpakhuis. Het was feitelijk al bestemd voor de sloop toen het in december 1968 uitbrandde" - dit is de relevante tekst volledig)
- "Uitslaande brand verwoest pakhuis". In: Utrechts Nieuwsblad, 16-12-1968. ("In het pakhuis van de 51-jarige koopman P.B. Kapteijn aan de Krommerijn 10-11 in Utrecht is zaterdagavond om zes uur een felle brand uitgebroken. Het huis brandde grotendeels uit. De schade bedraagt f. 40.000, precies het bedrag waarvoor de heer Kapteijn sinds kort verzekerd is. Zelf woont hij in de Lange Nieuwstraat 42bis. [...] Het uitgebrande pakhuis, dat een waarde had van 30.000 gulden, was pas van binnen en buiten geheel opgeknapt. Vroeger was het een logement, het Oude Veerhuis [...]")
- Lemaire, G.W.A. Utrecht in grootmoeders tijd, deel in de serie 'Toen-boekje'. Zaltbommel (Europese Bibliotheek), 1987cop. [144 blz. ISBN 90.288.4587.9]. Hierin "De Krommerijn rond 1900": foto-nr 73 ("[...] Rechts op nr. 11 was vroeger het Wijkse Veerhuis gevestigd [...]")